NRC over Face to Face: “Brakema laat zien dat de personages zich niet uit hun vastgelopen leven kunnen bevrijden.” ★★★★

Liefde en onmacht gaan hand in hand

Psychiater Jenny heeft het blonde haar strak naar achteren gekamd. Het lijkt of hiermee haar gezicht open is, maar het tegendeel is waar: actrice Maartje van de Wetering toont zich gesloten.

Zij speelt de hoofdrol in de toneelbewerking van de film Face to Face (1976) van Ingmar Bergman. Regisseur Liliane Brakema (1987), die vorig seizoen indruk maakte met Ibsens De wilde eend, plaatst de voorstelling nadrukkelijk in de jaren zeventig. Hiermee durft ze het aan óók de gedateerdheid van Bergmans film te laten zien. Psychiatrische terminologie uit die tijd komt onomwonden ter sprake. Zelfs dansen de spelers in een uitbundige schuimparty. Het effect van dit toneelbeeld is mooi: het lijkt op reiniging, maar Jenny laat vooral zien dat ze instort. Spookbeelden uit het verleden over haar moederschap en haar verhouding tot haar man (Joost Bolt) achtervolgen haar. Dochter Anna (Eva Kijlstra) schiet telkens als haar moeder zich met haar bemoeit in een kramp. De oudere generatie, vertolkt door Theo de Groot en Nettie Blanken, zoekt toenadering tot Jenny en haar dochter, maar faalt hierin. Liefde en onmacht gaan hand in hand, en dat is absoluut Bergman.

Van de Wetering bezit gelijkenis met Liv Ullmann, de hoofdrolspeelster in de film. Dat maakt de reis van veertig jaar terug in de tijd compleet. De acteurs zijn gekneed in een mechanische speelstijl, alsof hun gewrichten met ijzerdraadjes zijn verbonden. Dat wekt verbazing en ook lichte irritatie, maar hiermee laat Brakema zien dat de personages zich niet uit hun vastgelopen leven kunnen bevrijden. In de slotmonoloog toont Van de Wetering alle wanhoop van haar personage als ze memoreert dat er „kinderen sterven maar zij zoekt naar zichzelf”. Hierin klinkt spijt: opkomen voor jezelf biedt geen redding.

Bron: NRC.

Foto Robert van der Ree.

Foto Robert van der Ree.